Status en meldingen
In de statusbalk bovenaan het scherm wordt getoond wat er op uw apparaat plaatsvindt.
Aan de linkerkant krijgt u meldingen wanneer er iets nieuw of actief is. Nieuwe berichten
en kalendermeldingen worden bijvoorbeeld hier weergegeven. Aan de rechterkant vindt u
de signaalsterkte, de batterijstatus en andere informatie.
Met het meldingsvenster kunt u basisinstellingen op uw apparaat aanpassen,
bijvoorbeeld Wi-Fi
®
, Bluetooth
®
, dataverkeer en geluid. U kunt het instellingenmenu ook
openen vanuit het meldingsvenster om andere instellingen aan te passen.
22
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
Meldingen en lopende activiteiten controleren
U kunt de statusbalk omlaag slepen om het meldingsvenster te openen en meer
informatie te krijgen. U kunt het venster bijvoorbeeld gebruiken om een nieuw bericht te
openen of een gebeurtenis in de agenda te bekijken. U kunt ook een paar applicaties
openen die op de achtergrond actief zijn, zoals de muziekplayer.
Het meldingsvenster openen
•
Sleep de statusbalk omlaag.
Het meldingsvenster sluiten
•
Sleep het tabblad onderaan het meldingsvenster omhoog.
Een actieve toepassing openen vanuit het meldingsvenster
•
Tik op het pictogram van de actieve toepassing om deze te openen.
Een melding verwijderen van het meldingsvenster
•
Plaats uw vinger op een melding en veeg naar links of rechts.
Het paneel Meldingen wissen
•
Tik in het paneel Meldingen op Wissen.
Uw apparaat instellen vanaf het meldingvenster
U kunt het instellingenmenu openen vanuit het meldingenpaneel om de basisinstellingen
van uw apparaat aan te passen. U kunt bijvoorbeeld Wi-Fi® inschakelen.
Het instellingenmenu openen vanaf het meldingsvenster
1
Sleep de statusbalk omlaag.
2
Tik op .
23
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
Geluidsinstellingen aanpassen vanaf het meldingenpaneel
1
Sleep de statusbalk omlaag.
2
Tik op .
De functie Bluetooth
®
bedienen vanaf het meldingenscherm
1
Sleep de statusbalk omlaag.
2
Tik op .
De Wi-Fi®-functie bedienen vanaf het meldingenpaneel
1
Sleep de statusbalk omlaag.
2
Tik op .
Dataverkeer in- of uitschakelen vanaf het meldingenpaneel
1
Sleep de statusbalk omlaag.
2
Tik op .