Smart Connect
Gebruik de applicatie Smart Connect om in te stellen wat in uw apparaat gebeurt als u
een accessoire aansluit of loskoppelt. U kunt Smart Connect ook gebruiken om een
bepaalde actie of groep van acties in te stellen die op bepaalde tijdstippen op uw
apparaat moeten starten.
Als u bijvoorbeeld uw headset aansluit, kunt u een gebeurtenis maken zodat de volgende
handelingen op uw apparaat worden uitgevoerd:
•
Tussen 7 uur en 9 uur, als u naar uw werk gaat, start de applicatie "WALKMAN" en
opent de webbrowser het ochtendblad. Het belvolume wordt ingesteld op trillen.
•
Op de terugweg van uw werk start de FM-radio en opent een notitie-applicatie met uw
boodschappenlijstje.
De applicatie Smart Connect starten
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Smart Connect.
103
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
Een Smart Connect-voorval maken
1
Start de applicatie Smart Connection. Als u Smart Connect voor het eerst opent,
tikt u op OK om het introscherm te sluiten.
2
Tik op het tabblad Gebeurtenissen op .
3
Geef het voorval een naam en tik op Maken.
4
Voeg onder Wanneer een accessoire of een tijdsinterval toe, of beide.
5
Voeg onder Deze acties uitvoeren toe wat u wilt laten plaatsvinden op uw
apparaat.
6
Voeg onder Bij het einde toe wat u wilt laten plaatsvinden als u de accessoire
verwijdert of als het tijdsinterval eindigt. Als aan beide voorwaarden is voldaan,
start de actie als u het accessoire verwijdert of na afloop van het tijdsinterval.
7
Druk op als u het voorval wilt opslaan.
Om een Bluetooth®-accessoire toe te voegen, moet u die eerst koppelen met uw apparaat.
Een Smart Connect-gebeurtenis bewerken
1
Start de applicatie Smart Connection.
2
Tik op het tabblad Gebeurtenissen op een gebeurtenis.
3
Als de gebeurtenis is uitgeschakeld, sleept u de schuif naar rechts.
4
Pas de instellingen naar wens aan.
5
Tik op om de gebeurtenis op te slaan.
Om een onjuiste invoer te verwijderen, houd u deze ingedrukt en tikt u op >
Gebeurtenis
verwijderen en op Verwijderen ter bevestiging.
Apparaten beheren
Gebruik de applicatie Smart Connect voor het beheren van een aantal handige
accessoires die u kunt aansluiten op uw apparaat, inclusief SmartTags, SmartWatch en
Smart Wireless Headset pro van Sony. Smart Connect downloadt de benodigde
applicaties en vindt applicaties van derden als die beschikbaar zijn. Apparaten die eerder
zijn aangesloten, worden weergegeven in een lijst waarmee u meer informatie krijgt over
de functies van elk apparaat.
Een accessoire koppelen en aansluiten
1
Start de applicatie Smart Connection. Als u Smart Connect voor het eerst opent,
tikt u op OK om het introductievenster te sluiten.
2
Tik op Apparaten en vervolgens op .
3
Tik op OK om te beginnen met zoeken naar apparaten.
4
In de lijst met zoekresultaten tikt u op de naam van het apparaat dat u wilt
toevoegen.
De instellingen voor een aangesloten accessoire afstellen
1
Koppel en sluit het accessoire aan op uw apparaat.
2
Start de applicatie Smart Connection.
3
Tik op Apparaten en tik vervolgens op de naam van het aangesloten accessoire.
4
Stel de gewenste instellingen in.
104
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
Gegevens synchroniseren op uw
apparaat